Extazie
kijk : in die kantelstilte
als de nachtegalen ineens
ophouden te zingen en de stilte
van hun denken blijft galmen
zoals een ontruiming en voordat
de cicaden bezit komen nemen
van het gebied in de verruiming
van de hitte om in de bomen over bomen te zingen
kijk hoe mooi het heelal niet is
hoe het glinstert en met kleuren schittert
kijk hoe mooi elke mier is elke halm
een bestaanspsalm
de eerste zomer zo mooi
zo mooi dat dit de laatste zomer is
kijk hoe wijd de zomen vallen
van de kloppende geluidloosheid
als wordt gebogen naar de steen
als het hart een bloedige lotusbloem
in de borst is één in het geeneen
kijk hoe de maan vol steen
is weg gegleden achter de heuvellijn
om zeeën en zomen vast te binden
in het donker het licht van een eerste zomer
zo mooi dat dit de laatste zomer is
aan het einde van de nacht heb je een woord
op de vensterbank neergezet
als aas voor het duister
om de dood voor te zijn
en te passeren
en vanochtend is er noch begin noch einde
noch eindelijkheid
je klopt op de steen
en hoort het klopgezang zo mooi zo mooi
zoals stilte het voorbijgaan van stilte en altijd
het nooitweerzijn
zo mooi dat dit de eerste laatste zomer is
12 juni 2017
de dans van de stenen
mijn vriend zegt: een zo grote wereld kan niemand vervullen met begrip
maar in het begin was hij leeg:
afgezien van de stenen
die samengeklonterde gedachten zijn van de buitenste roep-ruimte.
mijn vriend zegt: dat is wat er gebeurt
met de versteende schaduwen van sterren
en dit is wat er gebeurt als je omlaag kijkt
in de purperen put
die het ene verschijnsel in de schijn van het andere wil lezen
want hoe breng je tegenwoordigheid in een gedicht?
mijn vriend vraagt: de dood en de dichtkunst –
is dat niet hetzelfde? en de vogel en de wind –
kan de ene zonder de vlucht van de ander bestaan?
en als het licht dat ontkleed wordt
tussen de versplintering van nachtsterren
en de onzichtbaarheid van de dag
de kleur van wind krijgt?
maar is ook dit slechts een beschrijving van zwevend schrijven?
dan zegt mijn vriend: het opnemen van verbeelding
als stenen en die uitdelen als brood aan hongerigen
is een beweging
en bewegen is het reiken naar ritme
dat is de dans
dans
dans
een dansende dubbeldans van verdraagzaamheid
het is het gefluisterde woordhuis van vrijgevigheid
als je slechts het ik hebt om weg te geven
en te vergeven, kijk, de vrijheid
van wegen-en-weggeven beweegt heen en weer
tussen de spanning en ontspanning van verbintenis
en het ritmische samenballen van het spechthart:
kijk nog eens – de naakte malloot die drie jaar lang
door de straten van Luanda heeft gelopen
met zijn darmen in de kom van zijn handen
was een dansende verslaggever van het leven
dat is het patroon: leegheid is vorm
aan het begin en om die te laten beven
moet je hem vol maken met de vogelschaduwen van woorden
want aan de ene kant en dan weer aan de andere.
want hoe kan je anders de woorden van de wind in de ogen zien?
+++
het ten-einde
toen bracht Woordzwijn de vrouw en het kind
naar de donkere stad die naar dood stinkt
waar bloed op de stoepen een zilverige korst is
niet kijken zei de woordvraat toen.
er is niets te zien
behalve huilende mensen die hun kleren stuk scheuren
want de dood is niets, de dood zegt niets.
en waar kunnen wij nog heen
waar geen onheil is?
in vele streken is het zoeken nar zekerheid nu
om blindweg een stok in de grond te steken
en om met de walm van ontbindingsstank
te weten, hier is dood, ook hier
een spoor van rauwe nagedachtenissen op het asfalt.
en toch was dat het leven.
dat is van ons, wij dragen het met elkaar
de wereld is in onze
droom en in ons kijken
om niet te kunnen wegkijken.
niet kijken. de dood
betekent niets, de dood beduidt
niets. kijk de doden klampen zich maar net
aan de verloren gedachten van levenden vast
in gedichten en dromen die de kleren stuk scheuren.
toen zei Woordzwijn tot de vrouw en het kind
de maan die ik zo vaak heb verplaatst
is een metafoor voor de zilverige huid van de dood
wanneer matrozen met doodsvleugels aanspoelen
in de nacht van vergeten en het komen en vergaan
van opstanding in de lakens van de duisternis,
dat is het woord dat ik zocht
zei Woordzwijn tot de vrouw en het kind:
lakens om de doden mee toe te dekken
met de gezichten van levenden
al is het maar een ogenblik dat eeuwig duurt
in de stad waar zwarte inkt
wordt uitgeschonken om op straat
in licht en bloed zilverig te paren en te spellen:
tu caca es mi caca.
jullie huis in mijn thuis
en jullie dood die mijn dood is vertelt niets
over reizen die niet gemeten kunnen worden
tot de verdwijning die niet geweten kan worden.
jullie moeten blijven vreten van de woorden.
jullie mogen niet weten hoe eindeloos
sterven is. want de dood is niets.
laat mij vergeten en opgaan in de duisternis
van het komen en vergaan,
zegt Woordzwijn tot de vrouw en het kind.
het is toch maar een ogenblik
dat eeuwig duurt.
niet kijken.
+++
het ten-dode
vier uur in de ochtend
onrustige slaap vol dromen
van reizen naar wat niet
kan worden gemeten
van reizen die niet kunnen worden geweten
het gekraak van een huis
als de gewrichten der eeuwigheid
vertrekken zo zwaar
met de bedwelmende geur
van zoet rottende guaves
bananen avocado’s ananasen
de vruchten van een leven
weet van ruimtelichamen
die nog vlammen in de nacht
voordat de sluier van licht ze zal uitvegen
weet de berg is een donkere homp
vol ingehouden geluiden van knarsend leven in de grond
weet de berg zal nog steeds sterren spuwen
in de patronen van reizen die niet kunnen worden gemeten
weet de zee zal er altijd zijn in de nacht
een donkere wappervlag boven dromen
weet ook dat geen verstand de zee ooit kan beschrijven
en weet dat je een mens bent
tussen dolende mensen
elk met het vuur van sterven
en weet jullie mensen zijn gekomen
om te gaan
dat er liefde is bedreven
gelachen en gehuild
en lek heeft een droom neergelegd
als een stenen vaandel in een landschap van nachten
om de reis die niet kan worden geweten uit te spellen
in het duistere licht dat niet kan worden gemeten
tot hier: jij en de jouwen en wij
en ook ik
de ochtendschemer
een stilte voor de zang van vogels
met deze reizen vaag getekend
in het schijnsel van het niets:
liefdesrijmpjes opzegversjes voor het verdriet
oproepen tot verzet van de doden
licht dat allang weg is
en pas nu opvlamt
littekenmompelverhalen
van reizen die niet kunnen worden gemeten
naar de verdwijning die niet kan worden geweten
+++