Over graniet gebogen – van de zuidelijke breuk.
Terwijl je hamer valt
kruipt een hemel van melkglas je oog binnen
terwijl je beitel de groef graaft
proef je de stofversteende wouden.
Over graniet gebogen –
O leigrauw verbleekte brem en aloë
terwijl je knie zich
tegen de uitgedroogde vlaktes duwt
– van de zuidelijke breuk
terwijl je drijfnatte rug strepen krijgt
van de koele noordelijke zomerbries.