Een film met een aanhef
een weinig bekend en onvruchtbaar genre
maar het treft dat de aanhef ons bezighoudt
net als de wetenschap dat in een klein
en lokaal middenstandskrantje
alles zijn prémière kreeg: de sportgedichten
zijn bekeuringen, de slagersjongen wiens haasjes, schenkels en
organen hij bijzonder graag rauw nam.
Er was uit Life gescheurd en door Billy Wilder bijgekleurd
Norman-Rockwell-licht in de benauwde woningen.
Houten argumenten telden, iedereen
hetzelfde postuur en dezelfde afbetalingen.
Daar zouden ze het niet over hebben
maar ze bezweken.
Het drama hing meteen in de lucht
wat de regisseur de ruimte gaf
het leven van Jack Spicer te versnellen
wat ook Spicer niet slecht uitkwam
Hij liet zich dronken in de armen vallen van de slagersjongen
goed betaald en zonder wetten
die hem het schrijven konden beletten.
Daar gingen de radioverslagen allang aan vooraf
en het commentaar dat zijn behendigheid
met flipperkasten onbesproken liet.
Hij had graag over bier gesproken
over het drinken van bier.
In zijn gedichten liet hij Shakespeare het meeste drinken
en daarna de goden met een jezusafwijking
generatiegenoten met baarden en sandalen
en woorden die op baarden en sandalen rijmden.
Hier werd er film van gemaakt
en naast de slagersjongen moest een mollig meisje
aan zijn twijfel pulken tot er kleine korstjes afbraken.
Hij herinnerde zich een ultieme wedstrijd
de pitcher kwam ongelukkig ten val en
de littekens konden niet worden aangesleept.
Op de radio was zijn naam bevestigd
en ook het mollige meisje kon het niets schelen
dat ze werd genoemd en alles van haar in beeld kwam
waarmee de lijn van The Jack Spicer Series
volledig zoekraakte.
Er zouden zeker zeven afleveringen nodig zijn
voordat hij dood was
wat verbazingwekkend was
gelet op hoeveel ze allemaal dronken
en graag wilden laten zien
hoe het feit dat ze vergeten zijn
waar de film over gaat
het beste kan worden gefilmd.